Volksoproer verdreef overspelige dominee
In 1677 werd dominee Joannes Vrijthof, gewezen vlootpredikant uit Den Haag, beroepen als tweede predikant in Wageningen. Zijn opvallende klederdracht stak schril af tegen de sobere kleding van vorige dominees in de stad.
Hij wist de eerste predikant Rijkwijn Gaijmans een jaar later wegens overspel te laten afzetten en werd toen zelf eerste predikant. Maar ook Vrijthof bleek niet zonder zonde. Over hem begonnen rare praatjes rond te gaan. Hij zou regelmatig meisjes van plezier bezoeken. Het bleef echter niet bij geruchten. Op 17 augustus 1680 deed zijn huishoudster Katrien bij de magistraat aangifte van aanranding door haar broodheer Vrijthof. Toen Vrijthof de beëdigde verklaring van Katrien hoorde, bezwoer hij dat het leugens waren, maar zowel de magistraat als de kerkenraad besloten de affaire te onderzoeken.
De lijst getuigen was lang, maar de meeste verklaringen bleken uit de tweede hand. Vrijthof, geconfronteerd met die verdachtmakingen, loochende alles. Hij stuurde zelfs zijn vrouw om erover te klagen dat de magistraat geloof hechtte aan de vuilspuiterij van hoeren.
Twee jaar lang bleef de zaak doorzeuren. De magistraat riep de hulp in van vier onafhankelijke rechtsgeleerden, de kerkenraad legde de problemen voor aan de classis, de classis vroeg raad aan de synode in Arnhem. Intussen had Vrijthof een preekverbod.
Alom vond men dat de positie van Vrijthof onhoudbaar was. Maar hoe konden ze hem lozen? Overplaatsing na opheffing van het preekverbod? Of gewoon wegsturen. De kerkenraad vond dat laatste de enige oplossing.
Uiteindelijk bemoeide stadhouder Prins Willem III van Oranje zich ermee. Half januari 1683 verordonneerde hij de opheffing van het preekverbod. De gehele magistraat kon zich daarin vinden; logisch, want de prins kon elke bestuurder benoemen of ontslaan. Maar de kerkenraad bleef zich verzetten. En toen kwam de bevolking in beweging. Op 19 januari 1683 ontstond er tijdens de predikdienst van Vrijthof een volksoproer en werd er openlijk tegen de dominee geageerd. Maar ook daarna gebeurde er weer acht maanden helemaal niets.
Pas op 31 augustus bepaalde de stadhouder de overplaatsing van Vrijthof ‘over enige weken’. Diezelfde avond bracht de hele magistraat een dronk uit op deze goede afloop. Die ‘enige weken’ liepen uit op nog eens acht maanden. Pas op 29 april 1684 werd Vrijthof officieel vervangen door dominee Tomas den Vreede. Leo Eppink
Dit artikel is reeds verschenen in de Stad Wageningen en is geschreven door Leo Eppink
Bij de foto: Grote Kerk op de Markt ten tijde van dominee Vrijthof (fotocollectie Gemeentearchief).